Inleiding Raam II: de zee wordt land

Plannen voor de drooglegging van de Zuiderzee waren er allang, maar pas in de 19e eeuw was de techniek zo ver, dat ze ook uitvoerbaar werden. Toch hing dat niet alleen van de techniek af: een zo mogelijk nog groter obstakel was het vinden van de draagkracht om zo'n grote onderneming te realiseren. Cornelis Lely wist uiteindelijk zijn technische plan met politiek vernuft om te zetten in de Zuiderzeewet van 1918 die aan de basis van de Zuiderzeepolders, dus ook de Noordoostpolder, heeft gelegen. Zonder Lely, deze unieke combinatie van technicus en politicus, zou de Noordoostpolder er nooit zijn geweest.

Film: Hoe het begon: de Noordoostpolder. Fragment uit de film "35 jaar Noordoostpolder" uit 1977. De film toont de ontginning van de Noordoostpolder vanaf 1942.

Tussen de publicatie van de inpolderingsplannen in 1891 en de aanname van de Zuiderzeewet zit een gat van 27 jaar. Het zou na die wet nog eens achttien jaar duren voordat met de Noordoostpolder, de tweede grote polder uit het project, werd begonnen. Eerst moest de grote economische crisis van de jaren dertig worden overwonnen. De aanleg van de Noordoostpolder vertoont nog altijd sporen van de nasleep van die crisis: het is een polder die sober (maar voortvarend) werd aangelegd.

De Tweede Wereldoorlog

De daaropvolgende ontginning viel voor een belangrijk deel samen met die andere dramatische episode uit de geschiedenis van de 20e eeuw: de Tweede Wereldoorlog. De Noordoostpolder is ontgonnen in die dramatische periode. Het arbeidspotentieel werd voor een belangrijk deel gevormd door mannen die op die manier aan een gedwongen tewerkstelling (Arbeitseinsatz) in Duitsland wisten te ontkomen. Het gemak waarmee ontheffingen van de Arbeitseinsatz werden afgegeven, toont aan dat de Duitsers het belang inzagen van een spoedige ontwikkeling van het Urkerland, zoals de Noordoostpolder vanaf 1944 tot 1948 officieel heette.

Nederlands Onderduikers Paradijs

Sommige personen en instanties die aan de ontginning van de Noordoostpolder werkten, organiseerden tegelijkertijd het (gewapende) verzet en het onderduiken. De wildernis die er in de beginjaren was, bood een uitstekende schuilplaats voor velen die uit handen van de Duitsers moesten blijven. In die jaren werd de afkorting N.O.P. ook wel begrepen als Nederlands Onderduikers Paradijs.

Film: "Register van de dag van gister: het verhaal van  een  polderpionier"  Gemaakt door twee leerlingen van het Zuyderzee College.

Aan het eind van de oorlog staakte de bezetter zijn tolerante houding ten aanzien van de Noordoostpolder. Er volgden twee razzia's. Er was zelfs nog even sprake van het opblazen van de jonge dijk. Op 17 april 1945 droeg Albert Knipmeijer, hoofd van het verzet, het gezag over aan landdrost Smeding, de hoogste vertegenwoordiger van het burgerlijk bestuur. Dat gebeurde op het plein dat nu Harmen Visserplein heet, genoemd naar de verzetsman die de dag ervoor bij Schoterzijl gesneuveld was.